zondag 25 februari 2018

BLUMENBERG: TWEE TIJDPERKEN

"The asymmetry of these superepochs of human history - the epoch of word of mouth and the epoch of the written word - draws attention to the different conditions under which traditions are developed. In a culture characterized by writing, the selection accomplished by the word-of-mouth process is fundamentally lost to view; canonical complexes arise, obligatory quotations, original texts, and finally critical editions of those texts. The primacy of a religion that is based on written texts creates an exemplary way of handling written material. The obligatoriness of dogma is founded on and operates through the agency of writing."
(Blumenberg, Hans, Work on Myth, p. 153)

In dit citaat geeft Blumenberg uitdrukking aan het feit dat wij vaak het stadium voorafgaand aan het geschreven woord uit het oog verliezen. Wanneer wij aan mythes denken, dan denken we aan Homerus of Hesiodus. Maar Blumenberg wijst erop dat op dat moment mythes al een lang parcours hebben afgelegd. Al eeuwenlang werden zij mondeling doorgegeven en moesten zij de test van deze orale traditie doorstaan. Tegen de tijd dat Homerus ze neerschreef, hadden de mythes al talloze variaties doorlopen en bleven enkel de sterkste, meest duurzame vormen over. Verder is het ook interessant dat Blumenberg aanhaalt dat het neerschrijven van deze mythes gepaard gaat met een zekere verstening. Ze worden gecanoniseerd en aan de canon mag niet geraakt worden. De schriftelijke literaire traditie, die normaal gezien beschouwd wordt als epicentrum van creatief meesterschap, lijkt in de opvatting van Blumenberg creativiteit net tegen te werken. Eens neergeschreven kunnen de mythes nog doorgegeven worden, maar transformatie wordt moeilijk. Het gevaar hiervan is uiteraard dat de mythes niet meer goed afgestemd zijn op de veranderende noden van de mens.

ARENDT: HET HERSCHRIJVEN VAN DE GESCHIEDENIS

The scientificality of totalitarian propaganda is characterized by its almost exclusive insistence on scientific prophecy as distinguished from the more old-fashioned appeal to the past. Nowhere does the ideological origin, of socialism in one instance and racism in the other, show more clearly than when their spokesmen pretend that they have discovered the hidden forces that will bring them good fortune in the chain of fatality. There is of course a great appeal to the masses in "absolutist systems which represent all events of history as depending upon the great first causes linked by a chain of fatality, and which, as it were, suppress men from the history of the human race" (in the words of Tocqueville).
(Arendt, Hannah, The Origins of Totalitarianism, p.345)

Door op de geschiedenis het wetenschappelijk model van de natuurwetenschappen toe te passen gaat men particuliere gebeurtenissen verklaren door hun oorzaak te zoeken. Zo wordt geschiedenis herleid tot een proces van causaliteit. Eens men uit dit proces de 'geschiedeniswetten' afgeleid heeft, hoeft men zich niet meer te beperken tot het schouwen van het verleden, maar kan ook de toekomst feilloos bepaald worden. Dit geloof in een universele geschiedenis werd niet door het totalitarisme ontworpen, maar werd wel heel efficiënt in de propagandamachine ingeschakeld. Door de geschiedenis te herleiden tot termen zoals verklaring, proces, causaliteit en bovenal voorspelling perverteert men de geschiedenis. Hierin staat namelijk bij Arendt betekenis, uniciteit, onvoorspelbaarheid en contingentie centraal. Geschiedenis is het domein van het menselijk handelen waarvan de uitkomst steeds onvoorspelbaar is. Het is in de geschiedenis dat de menselijke vrijheid en diens vermogen een nieuw begin te stellen zichtbaar kan worden. Maar hiervoor moet men wel de particulariteit en de contingentie van de geschiedenis respecteren. Door de geschiedenis in een causaal patroon te wringen, worden deze aspecten van het menselijk leven alleen maar verduisterd en verdwijnt de particuliere mens uit de geschiedenis. De massamens krijgt de consistentie waarop hij zo gebrand is, maar raakt nog meer verblind voor zijn vrijheid. En dat past natuurlijk perfect in de kraam van de totalitaire propaganda.

CASSIRER: DE ONTMANTELING VAN DE MENSELIJKHEID

Now the modern political myths proceeded in quite a different manner. They did not begin with demanding or prohibiting certain actions. They undertook to change the men, in order to be able to regulate and control their deeds. The political myths acted in the same way as a serpent that tries to paralyze its victims before attacking them. Men fell victims to them without any serious resistance. They were vanquished and subdued before they had realized what actually happened.
(Cassirer, Ernst, Myth of the State, p.281.)

In dit citaat lijkt Cassirer te suggereren dat er een belangrijk breukpunt te vinden is tussen de primitieve mythes en de moderne, gemanipuleerde mythes. Het verschil zit in de verhouding tot de menselijke redelijke vermogens. De primitieve mythes zijn objectiveringen van collectieve verlangens en emoties. Als zodanig staan ze voor Cassirer lijnrecht tegenover het rationele denken. In een primitieve, pre-rationele tijd stelden ze de mens in staat de samenleving te ordenen en organiseren. Deze functie werd later overgenomen door het rationele denken. Hiermee verdween het mythische denken echter niet. Het hoort immers tot de menselijke natuur en is steeds als onderlaag onder alle rationele structuren aanwezig. De rationele en mythische kant van de mens bestaan steeds naast elkaar en zijn allebei wezenlijk verbonden met wat het betekent mens te zijn. 
In de moderne politieke mythe, zoals Cassirer ze beschrijft, wordt het mythische denken een wapen dat erop gericht is dit rationele denken te ontmantelen. De leider van het totalitaire regime werpt zich op als een sjamaan die met zijn voorspellingen, met zijn nieuwe rites en met zijn magische gebruik van woorden de angsten en emoties van het volk kan bezweren en hen van de last van hun rationele autonomie kan ontheffen. Deze mythe is erop gericht de mens te verleiden zijn rationele denken los te laten en als zodanig zijn menselijkheid eraan te geven. Een mens die bereid is zijn 'highest human privilege'(p.281) op te geven kan immers amper nog mens genoemd worden. Interessant is dat de mythe hier als verleidingsmechanisme werkt. Ze intoxiceert de mens zodat hij zijn vrijheid opgeeft. Ook Arendt verwijst naar het feit dat de mens er in zekere mate zelf ervoor kiest de propaganda te aanvaarden. De massamens verkiest de consistentie van de fictie omdat de contingentie van de werkelijkheid ondraaglijk wordt.

SOREL: DE PERFECTE CONFIGURATIE

[...] this picture may yet have been, in the course of the preparation of the revolution, a great element of strength if it had embraced all the aspirations of socialism and if it had given to the whole body of revolutionary thought a precision and a rigidity which no other method of thought could have given. [...] it is a question of knowing what are the ideas which most powerfully move them and their comrades, which most appeal to them as being identical with their socialist conceptions, and thanks to which their reason, their hopes and their way of looking at particular facts seem to make but one indivisable unity.
Thanks to these men, we know that the general strike is indeed what I have said: the myth in which socialism is wholly comprised, i.e. a body of images capable of evoking instinctively all the sentiments which correspond to the different manifestations of the war undertaken by socialism against modern society. Strikes have engendered in the proletariat the noblest, the deepest and the most moving sentiments that they possess; the general strike groups them all in a coordinated picture and, by bringing them together, gives to each one of them its maximum intensity; appealing to their painful memories of particular conflicts, it colours with an intense life all the details of the composition presented to consciousness. We thus obtain that intuition of socialism which language cannot give us with perfect clearness - and we obtain it as a whole, perceived instantaneously."
(Sorel, Georges. Reflections on violence, p. 117-118.)

De sociale mythe lijkt in dit citaat voor Sorel een kwestie van juiste configuratie. Het gaat erom de juiste beelden, ideeën en gevoelens die leven onder het proletariaat samen te brengen onder de gemeenschappelijke noemer van de mythe. Men moet de ideeën zoeken waarmee het proletariaat zich het meest identificeert, alsook hun dromen en angsten, hun hoop voor de toekomst en zelfs hun pijnlijke herinneringen. Deze moet men dan samenbrengen onder een eenheid van beelden die al deze puzzelstukjes tot een ondeelbaar blok aaneen doet sluiten. Als de juiste puzzelstukjes samengebracht worden dan is de mythe pas werkzaam en kan zij het volk tot actie bewegen. 
Sorels beschrijving doet denken aan een loep die de stralen van de zon bundelt in een brandpunt. De verspreide stralen van de zon brengen wel een licht, maar slechts samengebundeld kunnen ze de boel doen ontvlammen. Het komt er dus op aan dat idee te vinden dat het perfecte amalgaam vormt van emoties, krachten, ideeën die leven binnen een groep van mensen. Een nadeel van deze theorie lijkt mij dat zij weinig interpretatieruimte laat om te verklaren hoe een mythe gemanipuleerd kan worden. De mythe kan bestaande krachten kanaliseren zodat zij tot ontploffing komen, maar zij werkt steeds met wat voorhanden is. Als men vanuit deze opvatting naar het nazisme kijkt, dan moet men tot de weinig verhelderende conclusie komen dat het overgrote deel van de Duitsers daadwerkelijk emotioneel en intellectueel verbonden waren met de nazistische overtuigingen, maar dat pas de opkomst van Hitler deze bestaande krachten tot ontbranding kon brengen. Dan lijkt een analyse zoals die van Arendt of Cassirer genuanceerder.

Hans Blumenbergs retorische lezing


“There is no complete life. There are only fragments. We are born to have nothing, to have it pour through our hands.”
— 
James Salter, Light Years

We hebben volgens Blumenberg geen toegang tot absolute of evidente waarheden. We zijn epistemologisch arm, en de afstand tussen de mens en werkelijkheid is onoverbrugbaar, daarom zijn retoriek en metaforen nodig. Zij zijn echter geen afbeeldingen van de werkelijkheid, maar moeten geïnstalleerd worden en zichzelf waar maken.

"To have a world is always the result of an art." Blumenberg, Work on Myth, Chapter 1, p. 7

Cassirer - intuïtie of reflectie?

 
Alphaville, Jean-Luc Godard                               Hitler, ein Film aus Deutschland, Syberberg                  Ivan's ChildhoodTarkovsky


“he raises the question of what these things >>mean<<, he inquires into why and whither, he tries to understand where they have come from and to which end they tend. The answer he gives to all these questions may seem to be incongruous and absurd; but what matters here is not so much the answer as the question itself. As soon as man begins to wonder about his acts, he has taken a new decisive step; he has entered upon a new way which will in the end lead him far from his unconscious and instinctive life.” - Cassirer, The Myth of the State, Tekst und Anmerkungen bearbeitet von Maureen Luday. Gesammelte Werke Hamburger Ausgabe. Band 25. Herausgegeven von Birgit Recki. Hamburg: Felix Meiner Verlag, 2007, p. 47

De mythe vertrekt vanuit de directe ervaring, en hierin ligt volgens mij ook haar gevaar. De mythe wordt namelijk gemotiveerd door wat inspireert in de ervaring, en het verbeelde beeld spreekt direct tot ons. Deze inspiratie was volgens Ernst Cassirer in de primitieve mythe gebaseerd op de existentiële vraag naar betekenis: hoe verhoud ik me tot de wereld? De primitieve mythe vertrekt weldegelijk vanuit de existentiële verhouding tot de wereld, en poogt deze ervaringen een plaats te geven, maar het is tevergeefs om aan de mythe enige vorm van reflectie op deze ervaringen toe te dichten, volgens mij.
De existentiële ervaring kan gevolgd worden door reflectie, maar de mythische verbeelding zelf is niet gemotiveerd door een actieve reflectie of evaluering. Het “snijden” van de verbeelding gebeurt op die manier onbewust, en kan pas retrospectief kritisch geëvalueerd worden. Kunst als symbolische expressievorm is daarentegen wel in staat actief, creatief en reflectief te “snijden”. Kunst kan volgens mij dus wel werken als een reflectieve vraag op hoe we de wereld en onszelf in deze wereld vormgeven? Er is dus een retrospectieve kritische interpretatie van de mythe mogelijk via kunst, maar het bijsturen en oriënteren van de mythische verbeelding an sich vormt een tevergeefs ideaal. Het construeren van een wereldbeeld en het bewust kiezen voor een specifiek standpunt ligt niet binnen de mogelijkheden van de werking van de mythe.


Longing for fiction


“Their art consists in using, and at the same time transcending, the elements of reality, of verifiable experiences, in the chosen fiction, and in generalizing them into regions which then are definitely removed from all possible control by individual experience. With such generalizations, totalitarian propaganda establishes a world fit to compete with the real one, whose main handicap is that it is not logical, consistent, and organized.” - Hannah Arendt,  The Origins of Totalitarianism. New edition with added prefaces. (New York; London: Harvest  Book, 1979) p. 362



De empirie (common sense) heeft geen greep meer op de massamens, omdat ze niet langer consistent is. Het individu is ontheemd van zijn wereld, en de verbeelding is de enige vorm van consistentie die nog rest. In tegenstelling tot de losgesneden banden van een gemeenschappelijke wereld, is de menselijke geest namelijk wel inherent gekenmerkt door consistentie. De sensus communis wordt met andere woorden uitgeschakeld, en de ‘super sense’ neemt haar plaats in. De massamens neemt zijn toevlucht tot de ‘super sense’. Hannah Arendt benadrukt dat dit uit vrije wil gebeurt. De mens wordt volgens Arendt dus niet deterministisch gekenmerkt in het uitkomen bij zijn verbeelding (d.i. ideologische fictie), maar kiest hier vrijwillig voor. De fictie belooft ons namelijk mens te zijn, te existeren. De verbeelding appelleert op iets dat door en door menselijk is, en geeft ons meer houvast dan de echte wereld.